Dit is een gastbijdrage. Een Apache-lezer levert met dit stuk een bijdrage aan het maatschappelijk debat. De auteur schrijft in eigen naam en is verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst.

De werking van de Europese energiemarkt maakt ons kapot

Paul Vanlerberghe
elektriciteit energie hoogspanning
Het Europese marktmechanisme zorgt voor compleet vertekende energieprijzen. (Pok Rie (Pexels))

De geliberaliseerde energiemarkt in Europa, die gewild en georganiseerd is door de Europese Unie (in 1996 vastgelegd in Europese richtlijnen, vanaf 2007 ook toegepast in Vlaanderen), pleegt sinds enkele maanden een hold-up van continentale omvang op de consumenten en de industrie. Ze is net het tegengestelde geworden van een vrije markt. Zelfs Open Vld-voorzitter Egbert Lachaert pleit sinds maandag voor een wijziging van de Europese regels.

De eerste ingreep die werd doorgevoerd bij de invoering van de liberalisering van de energiemarkt is het systeem van de marginale prijszetting, bij technocraten bekend als het Marginal Pricing System (MPS). Het betekent dat de prijs van de duurste producent van elektriciteit of de duurste import van gas de prijs bepaalt voor alle elektriciteit en voor alle gas, een prijs die ons opgelegd wordt via de beurzen van energie.

Maar dit theoretische model stemt slechts gedeeltelijk overeen met de werkelijkheid. Met name de koersen op de energiebeurzen zijn niet representatief voor wat op de groothandelsmarkten gebeurt.

Het MPS

Eerst even over de productie van elektriciteit. Dat is de enige vorm van energie die in België geproduceerd wordt in elektriciteitscentrales met als grondstof gas (uit Noorwegen en Rusland) of uranium (uit Niger, Kazachstan), of geproduceerd door de hernieuwbare sector via zon en wind.

In werkelijkheid wordt de koers op de energiebeurzen al lang en steeds meer bepaald door speculatie en geopolitieke overwegingen dan door de productieprijs van de duurste centrale

Het MPS houdt in dat de prijs van energie voor de hele markt bepaald wordt door de productiekost van de duurste elektriciteitscentrale in productie. In de huidige omstandigheden is dit een gascentrale. En die productiekost zou zogezegd de koers op de beurs bepalen. In werkelijkheid wordt de koers op de energiebeurzen al lang en steeds meer bepaald door speculatie en geopolitieke overwegingen dan door de productieprijs van de duurste centrale.

In het geval van gas gaat het om invoer uit Nederland, Noorwegen of Rusland. Dat gas wordt aangekocht door de grote energiebedrijven (Engie en Total) via langetermijncontracten waarvan de prijs gestaag en stabiel is en slechts ten dele beïnvloed wordt door de prijzen op de korte termijn. De korte termijn? Dan zijn we weer terug op de energiebeurzen, waar de prijs van het marginaal ingevoerde gas (niet de prijs van het gas dat via langetermijncontracten nog steeds binnen vloeit) genoteerd wordt.

Op die beurzen verhandelen de grote importeurs het gas dat ze tijdelijk op overschot hebben, of dat ze voor een korte tijd moeten aanvullen. Daar kopen de kleine leveranciers, die zelf niet importeren, de hoeveelheden die ze aan de kleine industrie of de residentiële klanten moeten leveren. En zo zijn we weer bij het Marginal Pricing System. En weerom is het dat MPS dat op de koersborden van de energiebeurzen geafficheerd wordt, en die de prijsformules van de residentiële klanten, maar ook van grote delen van de industrie gaat bepalen.

Dit is helemaal niet economisch verantwoord. Er wordt elektriciteit geproduceerd met heel verschillende kostensystemen, er wordt gas ingevoerd volgens heel verschillende kostensystemen, maar de kostenbasis van de duurste wordt als norm gehanteerd voor alle geproduceerde energie aan iedereen. De economen van de liberalisering hebben dit unfaire systeem verdedigd, en verdedigen het nog altijd.

En zo komen we terecht in het hart van het Europese systeem: de beurzen van energie, zowel die van gas als die van elektriciteit.

De beurzen

Bij de beurzen van gas spreekt men vooral over TTF, de naam van de noteringen in Amsterdam, of van de ZAM, de noteringen van gas bij aankomst in Zeebrugge.

Bij elektriciteit gaat het vooral over de EPEX, een Europese beurs, die privé georganiseerd wordt. Vroeger bestond ook de Belpex, de Belgische beurs voor noteringen van elektriciteit, die sinds lang opgeslorpt is door fusies op Europees niveau.

Zo’n 80% van de geproduceerde elektriciteit wordt niet gemaakt volgens de productiekosten van de duurste centrale, maar wordt veel goedkoper geproduceerd

Wat is er nu zo speciaal aan die beurzen ? Niets. Het zijn beurzen zoals alle beurzen, waar de koers bepaald wordt door vraag en aanbod. In dit geval door vraag en aanbod naar gas en elektriciteit. Daarbij spelen geopolitieke verwachtingen, maar ook speculeren een grote rol. Zelfs investeringsbank Goldman Sachs is actief op die beurzen. Dat zegt veel over de interesse van speculanten. Beurzen leggen dus een beurskoers vast. Dat is niet hetzelfde als een prijs van energie en al zeker niet een weerspiegeling van de productiekost.

Een tweede aberratie van het Europese systeem bestaat erin dat dit systeem de koersen op de beurs aangenomen heeft als de ‘marginale prijs’. “Dit is de koers en dit is ook de marginale prijs”, zo beweren de technocraten die het Europese systeem kritiekloos blijven verdedigen.

Sinds de voorbije tien maanden loopt de koersvorming op de beurzen helemaal niet gelijk met de werkelijke kost van de bevoorrading in energie. De koers van gas op de TTF-beurs dekt helemaal niet langer de werkelijk kost van de bevoorrading van gas op de groothandelsmarkten (de transacties op de beurzen zijn helemaal niet hetzelfde als deze op de groothandelsmarkten).

Het is onhoudbaar om te beweren dat de kost voor het produceren van elektriciteit dezelfde is als de koersen die we zien op de beurzen voor elektriciteit. Zo’n 80% van de geproduceerde elektriciteit wordt niet gemaakt volgens de kosten van de duurste centrale, maar wordt veel goedkoper geproduceerd.

En dan komt de derde aberratie van het Europese systeem. De koersen op de beurzen reflecteren zelfs niet meer de marginale kost van de duurste centrale, zeker niet de voorbije tien maanden. En nog minder de productiekosten voor elektriciteit, zelfs niet van de elektriciteit die geproduceerd wordt op basis van gas.

Prijs op factuur

De beurzen leggen zo een prijs op aan gebruikers, aan residentiële gebruikers maar ook aan een groot aantal van de industriële sectoren, die torenhoog uit steekt boven de marginale kost van de duurste centrale.

Op onze facturen zien we dat de prijs per kilowattuur bepaald wordt op basis van een formule met als parameters de gemiddelde prijzen van gas of elektriciteit op de beurzen van de voorbije maand of trimester. Elke maand wordt die prijs aangepast, veranderd, naargelang wat de vorige maand op ... de beurzen is gebeurd. Hetzelfde lot ondergaan de kleine en middelgrote ondernemingen.

Die prijzen op de beurs zijn evenmin een gevolg van een onevenwicht tussen vraag en aanbod in de reële wereld. Heeft iemand al een tekort aan elektriciteit vastgesteld de voorbije 10 maanden ?

Er is aanbod, meer dan er vraag is. De vraag naar elektriciteit is in ons land sinds tien jaar elk jaar met 2,5% gedaald, onder meer dankzij de eigen elektriciteitsproductie van veel burgers en bedrijven.

Gas is een ander verhaal. Eerst roept de EU luid rond dat het Russische gas zal boycotten. De volgende dag roept die EU even luid dat Vladimir Poetin een schurk is die de gaskraan wil dichtdraaien. Daardoor gaan de noteringen op de gasbeurzen de hoogte in, speculatie viert hoogtij.

Maar dat is het gevolg van een gewijzigde geopolitieke situatie, niet van de energiemarkt. Het is een van de aspecten waarbij Europa, misleid door de Europese Commissie, de bevolking grondig in de voet geschoten heeft.

De eerste slachtoffers zijn de burgers, de hele Europese bevolking. Maar de volgende slachtoffers worden ook grote delen van de Europese industrie, in de eerste plaats de chemische en petrochemische industrie. Wat heeft de Europese leiders bezield heeft om het eigen continent op die manier in de problemen te brengen?

Peter Claes, woordvoerder van de grote energieverbruikende bedrijven (Febeliec) verklaarde onlangs: “Onze industrie betaalt gasprijzen die tien keer zo duur zijn als wat de bedrijven in de rest van de wereld betalen. Dit is geen globale crisis maar een Europese crisis.”

De sleutel tot de superwinsten

De Europese regelgeving neemt dus het Marginal Pricing System, en dus de beurzen, als norm voor de prijzen in het algemeen. Maar het MPS is niet hetzelfde als de werkelijke prijs die de gasimporteurs en elektriciteitsproducenten betalen voor hun bevoorrading.

Producenten proberen hun elektriciteit te verkopen alsof ze het allemaal geproduceerd hebben met gas, aangekocht aan de dure dagprijs

De importeurs van gas bevoorraden zich voor de helft via langetermijncontracten, hoofdzakelijk via Noorwegen en tot onlangs via Rusland (Gazprom). De prijzen van de langetermijncontracten worden wel gedeeltelijk omhoog geduwd door de prijzen voor de korte termijn op de gasbeurzen, maar blijven ver onder de prijs op die beurzen. Maar de importeurs verkopen het gas wel weer door aan de industrie en aan de residentiële gebruikers tegen een prijs die bepaald wordt door de beurskoers van elke dag.

De producenten proberen dan weer hun elektriciteit verder te verkopen alsof ze het allemaal geproduceerd hebben met gas, aangekocht aan die dure dagprijs, wat natuurlijk niet klopt. En bovendien produceren ze maar een heel klein gedeelte van hun elektriciteit met gas.

Naast de gigantische inkopen van gas via langetermijncontracten, is er bij elektriciteit het fenomeen van ‘eigen productie’. De grote leveranciers van elektriciteit kopen geen elektriciteit op de beurs, ze produceren die zelf in grote hoeveelheden. Bijvoorbeeld in Doel of in Tihange. En die elektriciteit kost heel wat minder dan wat de koersen op de beurzen vertellen en welke in de facturen aan de mensen doorgerekend worden.

Dat geldt evengoed voor de sector van de hernieuwbare energie. Die produceert aan een kostensysteem zoals in het verleden, maar geniet van de hogere prijzen die de sector nu op de kortetermijnmarkt of op de beurzen kan krijgen.

Er zijn ook de leveranciers die zelf niets produceren of niets importeren en die totaal afhankelijk zijn van aankopen op de energiebeurzen. Zij zijn het die kreunen onder de prijzencrisis en die eventueel ten onder gaan. Denk maar aan het drama van de Vlaamse Energieleverancier.

En dan zijn er de leveranciers die dochteronderneming zijn van een importeur van gas of van een producent van elektriciteit of van beide, en die bij hun moedermaatschappij de grote massa van hun bevoorrading vinden. Zij zijn beschermd tegen de prijzencrisis. Aankopen op de beurs is voor hen een marginale activiteit.

Luminus in België is een dochteronderneming van het Franse EDF dat met kerncentrales massa’s elektriciteit produceert. Engie Electrabel is een dochteronderneming van het Franse Engie, dat de kerncentrales in België uitbaat en ook grote invoerder is van gas uit Noorwegen en Rusland. TotalEnergies (het vroegere Lampiris) is een dochteronderneming van Total, de grootste gasproducent ter wereld. Dit soort leveranciers wordt bevoorraad door de moedermaatschappij.

Dat verklaart de grote spanning tussen deze twee categorieën van leveranciers die verschillende belangen hebben. En toch zijn ze verenigd in één federatie FEBEG (Federatie van Belgische Elektriciteits- en Gasbedrijven) die beweert hun belangen te verdedigen. FEBEG wordt beurtelings voorgezeten door de chef van Luminus (EdF) of de chef van Engie. Het is maar zeer de vraag of de kleine, onafhankelijke leveranciers hun belangen verdedigd weten door FEBEG.

LEES OOK
Paul Vanlerberghe / 30-08-2022

Zuid-Europese lidstaten willen Europese energiemarkt hervormen

Spanje, Portugal en Griekenland leiden het verzet tegen de Europese energiemarkt.
Windenergie spanje
4 REACTIES
Mark Bollen30-08-2022 09:11:47
Klinkt nogal pervers als dit in het systeem zo ingebakken zit? Wauw...ik word hier stil van
Roland Horvath30-08-2022 22:24:40
De gas - en elektriciteitsprijs gaat uit van de kostprijs van de aanbieder met de grootste kosten, dus de aanbieder met de hoogste kostprijs. En daar kan nog eens een prijsverhoging bijkomen op de beurs op grond van de omstandigheden in Europa en de geopolitieke verwachtingen.
Met andere woorden, de gas en elektriciteitsboeren maken altijd winst en soms zoals nu super giga winsten. Met de oorlog in UA en de onbekwaamheid van de EU Commissie von der Leyen: Eerst het RU gas opzeggen en dan op zoek gaan naar andere leveranciers. De Biden Administration in de VS en de politici en MSM van landen buiten Europa liggen dubbel van het lachen voor zoveel naïviteit in -West- Europa. De kolonisatoren, die beschaving en kerstening alias het christendom gingen verplichten in hun kolonies, zijn nu door de VS gekoloniseerd om democratie, mensenrechten en rechtszekerheid te brengen in Europa en overal elders in de wereld, bij middel van oorlogen, verplicht via de NAVO ook in UA.
De echte redenen van de kolonisatoren vroeger en nu zijn geld en macht, hebzucht en heerszucht.

De EU Commissie, de Raad en de ECB zijn knechten, slaven, uitvoerders van de wil van de GMO, de Grote Multinationale Ondernemingen. Want de EU is zwakke confederatie, die geen centrale sterke federale regering heeft, dus geen problemen op de schaal van de EU kan oplossen en onmachtig is tegenover buitenlandse machten. In een confederatie is alles gericht op en beslist door de staten. Via een verbale oorlog tussen de staten. De sterkste winnen. Dat is uitgedacht in de jaren 1930 door medewerkers van het Duitse kartel IG Farben, begonnen in 1925 en ontbonden in 1947, wegens zijn nazi activiteiten inWO2. Een kartel met o.a. BASF, Bayer en Hoechst.
De oplossing, de EU een federatie met bvb. 4 gekozen senatoren per staat en een EU Commissie/ Regering die voortkomt uit een ideologische meerderheid in de Raad en het Parlement.
Dirk Vansintjan31-08-2022 11:26:23
Antwoord op de laatste zin/vraag: neen!
Adrien Verlee02-09-2022 13:41:06
Ach die gekkigheid van de marginalisten ...
"De Beurs, in de algemene vorm, is een fenomeen van onvolkomen menselijke organisatie. Nodig en ontstaan in en uit eerdere productiewijzen, is het nu een rem op de ontplooiing en organisatie van de productiemiddelen. Waar het vroeger een nuttige en nodige schakel was in de economische cyclus, kan nu die schakel weg of in ieder geval functioneel anders zijn. Waar de Beurs de pretentie had via de prijs de maatschappelijke waarde uit te drukken, kan nu dit - die maatschappelijke waarde - rechtstreeks uitgedrukt worden. Het is een kwestie van afspraak en organisatie."
Bron: https://solidariteit.nl/extra/2011/de_beurs_is_de_beurs.html