De Griekse crisis is weer terug van nooit helemaal weggeweest. Na veel gedoe kwamen de Grieken vorige zomer een derde bail out-pakket overeen van 86 miljard euro, bovenop de 240 miljard euro die het landje al eerder had ontvangen via diverse noodfondsen. Ook het Internationaal Monetair Fonds (IMF) was daarbij van de partij. Sterker nog, de deelname van het IMF aan de Griekse reddingsoperatie vormde een bindende voorwaarde voor de Duitsers (en ook voor de Nederlandse regering) om geld te stoppen in de reddingsfondsen.
IMF versus Duitsland
Niet voor het eerst dreigt er echter heibel te ontstaan om Griekenland. Het Griekse parlement heeft recent een aantal economische hervormingen goedgekeurd, een voorwaarde om in aanmerking te komen voor een volgende tranche van de derde bail out. Dat is echter niet genoeg. Het Griekse parlement moet ook nog een reeks lastenverhogingen goedkeuren, die bij elkaar een kleine 2 miljard euro extra in het laatje moeten brengen. Zo moet de btw verder omhoog, alsmede de belasting op stookolie, koffie en alcohol — buitengewoon impopulaire maatregelen onder de toch al zo sterk verarmde Griekse burgerbevolking. Bovendien moet er verder worden ingegrepen in de ambtenarensalarissen en de pensioenen. De uitgaven voor de zorg zullen waarschijnlijk wel buiten schot blijven, na de hevige internationale kritiek — onder andere van het Rode Kruis — op eerdere bezuinigingen op dit terrein.
Het is niet de eerste keer dat het IMF zich verzet tegen het Brusselse beleid inzake het Griekse gebed-zonder-end
Volgens een functionaris van de Europese Commissie kunnen de Grieken komende dinsdag — als de eurogroep bijeenkomt om de Griekse kwestie te bespreken — een bedrag tegemoet zien van circa 10 miljard euro. Maar dan moeten wel eerst alle hervormingen zijn goedgekeurd door het parlement.
Het IMF heeft kritiek op deze aanpak. De maatregelen zouden weinig effectief zijn als er niet ook een structurele oplossing komt voor de Grieken. Dat wil zeggen: als niet tegelijkertijd de enorme Griekse schuldenberg drastisch wordt ingekrompen (lees: een substantieel deel ervan wordt kwijtgescholden). Voor veel crediteuren, Duitsland voorop, is dit echter onbespreekbaar, zoals Eurogroep-voorzitter Jeroen Dijsselbloem vorige week nog eens herhaalde.
Het is niet de eerste keer dat het IMF zich verzet tegen het Brusselse beleid inzake het Griekse gebed-zonder-end. Al in 2013 bleek uit een intern IMF-rapport dat het IMF zich verzette tegen de politieke druk vanuit de Europese Commissie om haar lijn van strenge hervormingen te volgen. Wel werd al enkele keren de looptijd van de leningen verlengd, en zijn de rentepercentages verlaagd. Maar dat is onvoldoende, vinden de rekenmeesters in Washington, waar het IMF zetelt.
Nieuw voorstel
In het nieuwste voorstel van het IMF — dat Eurogroepvoorzitter Dijsselbloem overigens niet zegt te kennen — bepleit het IMF om zowel rentebetalingen als aflossingen op te schorten tot 2040. In dat jaar zal dan de uitgestelde rente voldaan moeten worden, die voor de gelegenheid is verlaagd naar 1,5 procent per jaar. Vervolgens krijgen de Grieken veertig jaar de tijd om de hoofdsom van de leningen af te lossen, dus tot 2080. Deze ‘doorschuifoperatie’ moet ervoor zorgen dat de Grieken niet meer dan 15 procent van hun bbp kwijt zijn aan financiële lasten, een hard criterium van het IMF. Met haar nieuwste voorstel staat het IMF echter mijlenver af van wat de crediteuren in de eurozone voor ogen staat. Die willen wel praten over looptijdverlenging, maar dan met slechts een jaar of vijf tegen een (verlaagde) rente van 2 procent.
Er zit dus aardig wat licht tussen beide posities. Bovendien zou het IMF-plan betekenen dat het permanente noodfonds ESM (het Europees Stabiliteits Mechanisme), verantwoordelijk voor de financiering, haar eigen funding-kosten zou moeten voorfinancieren. In het voorstel van het IMF worden rentebetalingen en aflossingen immers uitgesteld tot 2040, terwijl het ESM nu al kapitaal moet aantrekken voor de steun. Dat kost (wat) rente. Tot 2040 moet het ESM dus voorfinancieren, en bij de lage rente van 1,5% voor de Grieken is het maar de vraag of er nog wat verdiend wordt.
Patstelling
De hele kwestie van de geldschieters van Athene lag toch al uiterst precair, toen eind maart uit een telefoongesprek tussen IMF officials bleek dat men overwoog om de Grieken onder druk te zetten door te dreigen met een bankroet.
Om de zaken nog pijnlijker te maken voor betrokken partijen, kwam de European School of Management and Technology (ESMT) begin deze maand met het white paper (‘Where did the Greek Bail Out Money Go?’) waaruit bleek dat verreweg het grootste deel (95 procent) van de noodhulp aan Griekenland naar de banken was gegaan in plaats van naar de Griekse bevolking.
95 procent van de noodhulp aan Griekenland is naar de banken gegaan in plaats van naar de Griekse bevolking
Volgende maand, of uiterlijk in juli, moet de patstelling tussen Duitsland, Finland en Nederland aan de ene kant en het IMF aan de andere kant over kwijtschelding van de Griekse schulden én blijvende deelname van het IMF zijn opgelost. Dan moeten de Grieken namelijk weer een substantieel deel van de bestaande leningen aflossen. Wordt die patstelling niet doorbroken, dan haakt het IMF af en hebben de Duitse, Nederlandse en Finse regering een probleem. Deelname van het IMF vormde immers een conditio sine qua non voor steun aan de reddingsoperatie.
Veel EU-ambtenaren hopen dan ook dat er tijdens de vergadering van de Eurogroep van morgen spijkers met koppen kunnen worden geslagen, al verwachten sommigen dat er meer tijd nodig zal zijn.
Vertrouwelijke brief
Mogelijk zal Duitsland eieren voor zijn geld kiezen en toch schuldkwijtschelding toestaan. De Duitse minister van Financiën, Wolfgang Schäuble, hintte daarop in een vertrouwelijke brief die in het bezit is van het Handelsblatt. Hij zei er wel bij dat dit pas ná de Duitse verkiezingen eind volgend jaar aan de orde zou kunnen zijn. Tot na 2018 zullen de Grieken het moeten doen met de bestaande afspraken.
Schäuble herhaalde ook in deze brief dat deelname van het IMF ‘cruciaal’ is en blijft, en bevestigde dit afgelopen donderdag na een gesprek met Christine Lagarde, de baas van het IMF. Hij toonde zich gematigd optimistisch over een positieve uitkomst. ‘I am confident […] we will not have a new crisis in and around Greece and we will come to a reasonable result,’ zei Schäuble na afloop van het onderhoud. Het pikante pokerspel tussen Berlijn en Washington over kwijtschelding of schuldverlichting zal ongetwijfeld nog wel even voortduren, maar er zijn dus indicaties dat partijen elkaar op dit vlak uiteindelijk zullen weten te vinden. Hoe en wanneer precies blijft echter giswerk.
Schäuble herhaalde ook in deze brief dat deelname van het IMF ‘cruciaal’ is en blijft
De eerste belangrijke mijlpaal is de komende vergadering van de Eurogroep. Naast de genoemde ‘schuldvraag’ zal daarbij ook het primaire overschot van Griekenland nadrukkelijk aan de orde komen. Dat ‘primaire overschot’ is het saldo van de Griekse staatsinkomsten en uitgaven vóór rente en aflossing, uitgedrukt als percentage van het bbp. Het IMF, daarin gesteund door de Griekse regering, wil dat overschot op 1,5 procent stellen, aanzienlijk minder dan de 3,5 procent die Berlijn en Brussel willen. IMF-woordvoerder Gerry Rice hierover: ‘We denken niet dat het doel van 3,5 procent haalbaar is, zeker niet gedurende decennia. We denken dat daarvoor te veel bezuinigingen nodig zijn.’ Of ook deze heikele kwestie zal worden opgelost, is onzeker. Er staat vandaag het nodige op het spel. Wordt vervolgd.