Spelregels Formateurs

Met dit kaartspel speel je Formateurs en vorm je je eigen gouden coalitie of speel je een ouderwets Kwartet. Beide spelregels vind je hieronder.

Formateurs bestellen

Heb je Formateurs nog niet in huis? Bestel je spel hier!

Spelinhoud

De verschillende kaarten zijn:

28 politiciFormateurs_politicus 5 actiekaartenFormateurs_actie.png 14 partijkaartenFormateurs_partij.png
5 coalitiekaartenFormateurs_Coaltie.png 4 spilfigurenFormateurs_spil.png

Formateurs

Vorm de gouden coalitie

Het is de bedoeling de beste coalitie te vormen, door de punten van de politici in je hand samen te tellen. Een coalitie bestaat uit meer dan één partij. Een partij bestaat uit meer dan één politicus. Maar er zijn ook gebeurtenissen die roet in het eten strooien. Of je net vleugels geven.

Verdeel de kaarten

Scheid de 28 politicuskaarten van de andere kaarten uit het spel. Verdeel de politicuskaarten onder de spelers:

Aantal spelers: 2 3 4 5
Aantal kaarten p.p.: 14* 9* 7 5

* Speel je met 2 spelers? Trek dan blind 4 kaarten bij elkaar. Speel je met 3 spelers? Trek dan blind 2 kaarten bij je linkerbuur. Schud de getrokken kaarten met alle andere overgebleven kaarten en leg ze ondersteboven op tafel.

Kies bij de politicuskaarten voor de verschillende eigenschappen of je om het laagst of om het hoogst speelt. Is een lage leeftijd bijvoorbeeld beter dan een hoge? Versla je met een “groentje” een vaste waarde? Of is minder mandaten beter dan meer? Noteer het op een papiertje. Zo vermijd je gekibbel tussen de formateurs.

Onderhandelen maar

Bij de coalitievorming zijn er meerdere onderhandelingsrondes. In elke ronde heeft elke speler één beurt. De speler die de beste verkiezingsslogan verzint, begint het spel.

In je beurt heb je drie opties:

(1) Kaart trekken: neem de bovenste kaart van de stapel.

  • Actiekaart: lees de kaart hardop voor, doe wat erop staat en leg ze terug onderaan de stapel.
  • Partijkaarten: leg deze kaart open voor je neer. De punten gelden alleen voor de kaarten van de bijhorende partij in jouw hand. De kaart blijft gelden tot het einde van het spel.
  • Coalitiekaarten: steek deze kaart bij je andere handkaarten.
  • Overschot politicus- of spilkaarten: steek deze kaart bij je andere handkaarten.

(2) Politicuskaart aftroeven: probeer gericht een kaart af te troeven van een medespeler (zie spelregels Kwartet).

(3) Het spel stoppen: roep het einde van de formatie uit. Let op: dat mag nog niet in de eerste onderhandelingsronde.

De winnaar

Als een speler denkt dat hij een gouden coalitie samengesteld heeft, stopt hij het spel. Alle spelers tellen nu hun punten. Let op: een coalitie moet bestaan uit meer dan één partij en een partij uit meer dan één politicus.

  • Politicuskaarten: tel de punten in de linkerbovenhoek, maar alléén voor die partijen waarvan je minstens 2 politici hebt.
  • Partijkaarten: deze punten tellen voor elke politicus uit de partij apart.
    • Heb je van Open Vld de kaarten Alexander De Croo (+ 4), Bart Somers (+ 2) en Vergunningsbetwisting (- 3) dan krijg je 0 punten (= (4 – 3) + (2 – 3)).
    • Heb je van sp.a alleen John Crombez (+ 6) en de kaart Ctrl-C (- 2) dan vervallen deze punten omdat je maar 1 politicus van de partij hebt.
  • Spilkaarten: tel de punten in de linkerbovenhoek.
  • Coalitiekaarten: tel de punten in de linkerbovenhoek.
    • Diversiteit: bereken de punten van deze kaart door het aantal verschillende partijen in je hand te vermenigvuldigen met 3.
    • Betrapt: geef deze kaart aan de speler met de hoogste eindscore. Daardoor kan plots een andere speler winnen. Heb je zelf de hoogste score, dan laat je de bezwarende documenten “verdwijnen” en vervalt de kaart.
  • De speler die het spel stopte, krijgt + 5 punten.

De speler met de meeste punten wint het spel en kan zichzelf “dé formateur” noemen.

Kwartet

Verzamel zoveel mogelijk kwartetten

Bij kwartet verzamel je zoveel mogelijk setjes van vier kaarten. Elke set is één partij. Door goed op te letten bij andere beurten kun je achterhalen wie welke politici heeft. Degene met de meeste volledige partijen wint.

Verdeel de kaarten

Haal de 28 politicuskaarten uit het spel en verdeel deze onder de spelers. Het kan zijn dat sommige spelers meer kaarten hebben dan andere spelers. Neem de kaarten in je hand en laat ze niet aan de andere spelers zien.

Je kiest vervolgens voor de verschillende eigenschappen op de kaart of je om het laagst of om het hoogst speelt. Wint bijvoorbeeld meer anciënniteit of politieke wendbaarheid van minder, of juist andersom?

Het spel

Een willekeurige speler begint. In je beurt vraag je aan een andere speler een politicus die je niet hebt. Dit moet een politicus zijn van een partij waarvan je minimaal één kaart in je hand hebt. Heeft de andere speler de gevraagde kaart? Dan moet hij met jou spelen. Nu kies je zelf een eigenschap van op de kaart. Je zegt bijvoorbeeld: “Ik wil Joke Schauvliege. Mijn CD&V-kaart Kris Peeters heeft 1 publiek mandaat.” De andere speler zegt dan “Joke Schauvliege heeft 7 publieke mandaten.” Afhankelijk van of je om het hoogst of om het laagst speelt, ken je de winnaar. De verliezer geeft de kaart aan de winnaar. Vervolgens is de speler die een kaart verloor aan de beurt.

Als je een setje van vier kaarten hebt, roep je ‘Kwartet!’ en leg je de vier bij elkaar horende kaarten voor je neer op tafel.

Heeft de speler de gevraagde kaart niet, dan is je beurt voorbij en is de speler aan wie je het laatst een kaart vroeg aan de beurt.

De winnaar

Het spel is afgelopen als alle partijen compleet zijn. De speler met de meeste complete partijen wint het spel.